Torens en Kastelen

Een toren is een bouwwerk dat beduidend hoger is dan breed en lang en hoog uitsteekt boven omgevende bebouwing. Het grondplan kan rond, vierkant of rechthoekig zijn; de constructie varieert van vier- zes-, acht- , of in het geval van follies, zelfs tien-  tot zestienhoekig. Een toren kan solitair voorkomen of in verbinding met een gebouw, waartoe het behoort. Vaak is dit folly-type eveneens bedoeld als blikvanger en/of heeft het de functie van uitzichttoren/belvedère. Het kan ook gaan om een vuur- of watertoren.

Reusachtig nepkasteel (Frankrijk, Boulogne-la-Grasse) [Coll. Anton Nuijten]

De Löwenburg in park Wilhelmshöhe, Kassel (D)

‘Kastelen’ refereert aan de namaak-burchten en ruïnes die in landschapstuinen of solitair voorkomen. Zij worden aangeduid als schijnkasteel, respectievelijk schijnruïne. De Löwenburg in  het uitgestrekte park Wilhelmshöhe, Kassel (Duitsland) en het Château de Boulogne-la-Grasse (nog maar gedeeltelijk intact), tussen Amiens en Parijs, zijn excellente voorbeelden van kolossale  fantasiekastelen, zoals kasteel De Haar, Haarzuilens, tussen 1892 en 1920 gebouwd door Pierre Cuypers, dat voor Nederland is. In de meeste gevallen werd er echter geen compleet middeleeuws slot nieuw opgericht, maar vanwege de kosten alleen een deel, bij voorkeur de façade ervan neergezet, zoals bij het shamcastle van Ralph Allan, uit 1762, dat dreigend op een heuvel bij Bath (Engeland) staat.

Ralph Allan Schijnruïne (Engeland, Bath) [Foto: Hetty Wilming]

Ralph Allan Schijnruïne is niet meer dan een facade

Een schijnkasteel kan ook gebouwd zijn als schijnruïne, en om dezelfde redenen. Deze combinatie komt vaker voor. Bij een schijnruïne gaat het meestal om een restant van een oud gebouw, zoals een middeleeuws kasteel of abdij of een tempel uit de oudheid. Deze ‘restanten’ zijn echter niet authentiek, ze zijn namaak, c.q. schijn. De voorraad aan echte oude ruïnes was beperkt. Om toch de romantische zucht naar deze oude, gehavende bouwsels die romantische associaties met de tijd van ridders en kastelen of de Griekse en Romeinse oudheid moesten oproepen, te bevredigen, werd de schijnruïne als surrogaat in landschapsparken gezet (wat voor de beschouwer toentertijd niets afdeed aan de waardering ervoor). Zowel torens als ingangspoorten, tempels of Romeinse badhuizen, en nog vele andere soorten van oude bouwwerken werden nieuw als ruïne gebouwd (en mocht dit toch nog te duur zijn, dan werden ze op een schot geschilderd). Een andere belangrijke reden voor de (na)bouw van kastelen en ruïnes was het schilderachtige effect van de tuinsieraden in een landschappelijk aangelegd park.

Schijnruïne op Arville (Namen-Be, Faulx-les-Tombes) [Foto: Hetty Wilming]

Indrukwekkende schijnruïne op Arville, Faux-les-Tombes

Voorbeelden van schijnruïnes in Nederland zijn te vinden in Melderslo, Huis ten Donck te Slikkerveer en op landgoed De Haere, Olst. Belgische staaltjes van dit folly-type: de indrukwekkende schijnruïnes op het landgoed van Arville te Faux-les-Tombes en in het stadspark La Folie van Ecaussines, of de (kleine) afgebrokkelde toren in het Hanssenspark van Vilvoorde nabij Brussel. Een formidabel Frans voorbeeld is de Colonne brisée van Desert de Retz te Chambourcy, nabij Parijs. De ‘zuil’ was groot genoeg voor de eigenaar, Mr. De Monville om er in te wonen. Op kleinere schaal maar voortreffelijk uitgevoerd zijn de namaak-ruïnes van het Angolpark in Tata, Hongarije, dat aan het eind van de achttiende eeuw werd ingericht voor de rijke Esterhazy familie.

Duiventoren, Huis Landfort (Gelderland, Megchelen) [Foto: Hetty Wilming]

Duiventoren van Huis Landfort te Megchelen

In Nederland staan tientallen follytorens. Bekende voorbeelden zijn de neogotische belvedère-toren in park Sonsbeek, Arnhem, 28 meter hoog; de uitzichttoren De Koepel in het Buurtbosch van Lunteren (in verschillende fases gebouwd), en de sierlijke duiventoren van Huize Landfort, die rond 1825 werd gebouwd. Noemenswaardig zijn ook zeker de watertorens, gebouwd als kleine schijnkastelen, van landgoed Oud Groevenbeek, Ermelo uit 1912 en dito folly-type in het Hydepark, Doorn. Van de vuurtoren-variant is de Van Speyktoren in Egmond aan zee, door Jan David Zocher in het midden van de negentiende eeuw omgebouwd tot gedenknaald/monument, een heuse aanrader.

Bismarcktoren (Duitsland, Tecklenburg) {Foto: Anton Nuijten]

In Tecklenburg staat een van de vele Bismarck torens

Buitenlandse voorbeelden van follytorens zijn er te over. In Tsjechië staan vele uitzichttorens, zogenaamde Rozledhny, in allerlei stijlen en vormen. Duitsland is bezaaid met torens, waarvan vele zijn opgedragen aan de Reichskansler Otto von Bismarck (1815-1895) en Duitse vorsten. Rusland pronkt met de gigantische Witte Toren (bedoeld als ‘speelhuisje’ voor de kinderen van de tsaar) in het Tsarkoye Selo, Aleksandrovsky park te Puskin, nabij St. Petersburg.